19E EEUW TOT WOI
...
....


1821: Joannes-Augustinus Notebaert treedt (als eerste) in de voetsporen van zijn vader
Op dinsdag 21 februari 1775 wordt in Moeskroen (Wortegem?) Augustinus Notebaert geboren. Zijn ouders zijn Joannes Franciscus Notebaert (1728-1809) en Caroline Vandenberghe (1744-1781).
Hij huwt op dinsdag 28 augustus 1798 met Odorada Hoornick (1778-1840). Hij is dan 23 jaar. Of hij dan al geneesheer (chirurgien en accoucheur) is, kon ik nog niet achterhalen.
Het huwelijk wordt voltrokken in Deerlijk. Odorada wordt geboren in Vinkt. Haar vader is Jan Francis Hoornick (geboren in Waasmunster, haar moeder Catharina Isabella Beusier (ook: Catherine Beogier). Vader Jan Francis sterft op 25 januari 1818 op 66-jarige leeftijd in Deerlijk. Wellicht woont Odorada al in 1798 in Deerlijk.
Ze krijgen twaalf kinderen: Joannes-Augustinus (1799-1843), Maria-Virginie (1800-1806), Bernard-Francois (1801-1848), Virginie-Maria (1803-), Romanus-Franciscus (1805-1873), Henri-Germain (1807-1843), Eugenie-Euphrasie (1809-1809), Lucie-Eugenie (1810-?), Vital-Godefroid (1812-1894), Sylvie-Catharina (1815-1816), Ferdinand-Constant (1816-?) en Edmond-Leonard Notebaert (1818-?). Deze laatste is mogelijk degene ('E. Notebaert') die in de prijzen viel bij de de "luysterrijke prysdeeling" op 20 augustus 1835. E. Notebaert zat toen in "de hoogste afdeeling". Henri Notebaert wordt aangeduid om in de eerste reeks van het tweede trimester van 1839 te zetelen in het Hof van Assisen (Le Propagateur, 1 juni 1839).
Van de eerstgeborene en laatstgeborene weten we dat ze in Deerlijk geboren zijn, wat doet vermoeden dat alle twaalf kinderen in Deerlijk geboren zijn. Dit blijkt niet het geval te zijn. Romanus-Franciscus en Henri-Germain werden in Desselgem geboren, vond ik.
De eerstgeboren zoon, Joannes-Augustinus huwt met Rosolia De Leeuw, die in Ardooie werd geboren. Zij krijgen (volgens mijn informatie) zeven kinderen die allemaal in Blankenberge worden geboren: Hypolitus Augustinus Notebaert (23 maart 1831-...), Lucia Prudentia Notebaert (2 oktober 1832-...), Joannes Jacobus Augustinus Notebaert (17 maart 1834-...), Mathilde Clemence Notebaert (17 juni 1836-...), Julius Augustinus Theophilis Notebaert (12 september 1838-...), Henricus Augustinus Notebaert (11 oktober 1840-...) en Joanna Theresia Ursula Maria Notebaert (26 januari 1843-...).
In 1821 wordt Joannes-Augustinus door de provinciale commissie voor geneeskundig toevoorzicht toegelaten als kandidaat voor het uitoefenen van de geneeskunde op het platteland. Afgaande op het persbericht in de Nieuwe Gazette van Brugge van 11 september 1821 woont Joannes-Augustinus dan nog in Deerlijk. Wanneer hij uitwijkt naar Blankenberge kon ik nog niet achterhalen.
Misschien is er geen plaats voor meerdere heelmeesters in Deerlijk ? Zijn zes jaar jongere broer, Romanus-Franciscus, schopt het immers ook tot heelmeester. Dit is ook het geval voor Vital-Godefroid die nog jonger is.
Romanus-Franciscus trouwt op 16 mei 1836 met Sophia Vercouter/Vancouter, die in Zwevezele geboren is. Sophia verloor haar moeder en vader respectievelijk in 1821 en 1834.
Romanus-Franciscus en Sophia krijgen zeven kinderen die allemaal in Deerlijk worden geboren: Adolph Augustin (11 februari 1837-...), Sidonia Odorada (27 juli 1838-...), Camille Augustyn (13 juni 1839-...), Hortense Marie (1 februari 1841-...), Prudence Marie (23 september 1843), Modestus Augustinus (28 december 1844-...) en Alphonse Augustin (12 april 1847-...).
Deerlijkenaar Romanus-Franciscus strijkt begin augustus 1848 neer in Dentergem. De Dentergemse heemkunde Eric Bekaert die in 2017 overleed leert ons dat Romanus-Francicus "in zijn vroegere gemeente nooit geliefd [was] geweest". Romanus-Franciscus "slaagde er wonderwel in ook de Dentergemse gezagsdragers tegen zich in het harnas te jagen. Hij was liever lui dan moe, vond dat het armbestuur hem te weinig betaalde en had blijkbaar een hekel aan vaccinaties" (https://www.nieuwsblad.be/cnt/bleva_20111012_003).
We vonden zelf dat vader Augustinus in Dentergem overleed op 16 november 1850. Streek Augustinus samen met zijn zoon Romanus-Franciscus neer in Dentergem?
Bekaert heeft het over de inentingen tegen de pokken in Dentergem: "Op 27 september 1823 meldde het schepencollege dat - aldus het besluit van de provinciegouverneur - de kinderen die school liepen, verplicht gevaccineerd moesten worden. Ook ouders die niet van plan waren hun kroost onderwijs te laten genieten, werden aangemaand dit te doen. Deze inenting zou gebeuren door heelmeester Destella die dagelyks de voormelde operatie met groot succes en altyds goeden uytval is waernemende. Onvermogende ouders, die den kleynen loon van de inenting niet konden betalen, kregen de raad zich op 1 oktober 's voormiddags in het dorpshuis aan te melden, waar hun kinderen een gratis prikje zouden krijgen. Wie hier niet op inging, moest geen steun van het armbestuur meer verwachten en hun kinderen zouden in geen enkele school meer toegelaten worden. Dergelijke oproepen tot inenting zullen de komende decennia meermaals gebeuren. Telkens weer werd van overheidswege gedreigd onwillige ouders van alle steun uit te sluiten, zoals bv. op 14 juli 1834. Toen vaccineerde Destella opnieuw de kinderen van de armen en de behoeftigen gratis in het dorpshuis, annex herberg 'De Kroon', in de Kerkstraat. Toch waren er jaren dat de heelmeester vrij succesrijk was, zoals in 1828. Toen had hij 277 koepokinentingen gratis verricht, waaronder 10 in Markegem en allicht ook nog een aantal in Wontergem, de 3 gemeenten waarvoor hij als vaccinateur was aangesteld. Blijkbaar was dat nogal uitzonderlijk, want zelfs arrondissementscommissaris Vandenbulcke vond dat die prestatie niet zomaar voorbij mocht gaan. Robert Destella kreeg er in 1834 - 6 jaar na datum - een gouden medaille voor... Tijdens de jaren 1840 liep het met de vaccinaties allesbehalve vlot en dat had veel te maken met de tanende gezondheid van heelmeester Destella (†23.12.1847). Waren er in 1843 in Dentergem nog 76 inentingen, in 1844, '45 en '46 kreeg niemand nog een pokprik. Zo verhuisden er in 1844 21 kinderen zonder vaccin en bleken er eind 1846 maar liefst 330 van de 829 kinderen onder de 10 jaar (= 40%) nog niet te zijn ingeënt. Niet dat de ouders daar een punt van maakten, integendeel, maar het schepencollege zat met de situatie danig verveeld. In 1847 en begin 1848 vond dokter Debrandere (collega van Destella sinds 1834) nog de tijd om tussen zijn vele tyfuspatiënten door enkele tientallen kinderen te behandelen, maar na zijn overlijden (22.07.1848) viel alles stil. Hubert Debrabandere werd opgevolgd door de 44-jarige Romain Notebaert".
In 1848, 1849 en 1850 voerde de gewezen Deerlijkenaar Romanus-Franciscus Notebaert geen enkele vaccinatie uit, ondanks het feit dat hij van de Provinciale Commissie producten had gekregen. Volgens de gemeentesecretaris lag de schuld vooral bij de vooringenomenheid van de ouders, maar in 1850 had hij door dat ook de zorgeloosheid van de heelmeester daar heel wat mee te maken had.
Op 12 mei 1852 vertrok Romanus-Franciscus Notebaert uit Dentergem. De gemeente heeft door deze verandering niets verloren, noteerde secretaris Opsomer. In 1851 had de geviseerde heelmeester welgeteld 14 inwoners gevaccineerd, de eenige in vier jaer te Denterghem. Zijn opvolger, de 31-jarige Ivo Vandevoorde (°Vinkt 18.04.1821 - †21.07.1899), was van een heel ander kaliber..., aldus Eric Bekaert (www.nieuwsblad.be/cnt/bleva_20111012_003).
Vital-Godefroid Notebaert treedt in de voetsporen van zijn vader en twee broers (Gazette van Gend, 27 mei 1835). Vitalis wordt op 19 mei 1835 door de Provinciale Geneeskundige Commissie aanvaard als heel- en vroedmeester op het platteland.

1822: Louis-Xavier Vanackere burgemeester tot... 1859
Louis-Xavier Vanackere werd geboren in Zwevegem op 29 november 1789. Hij was de oom van Hugo Verriest. Vanackere was notaris. Hij was burgemeester van 1 september 1822 tot 2 september 1859. Zijn voorganger was Pierre Joseph Matton die rond 1771 in Beveren-Leie werd geboren en stierf op 3 september 1822.
Vanackere was dus al burgemeester onder het Koninkrijk der Nederlanden.
Vanackere stierf te Deerlijk op 14 juni 1861.


1836: orkaan treft Deerlijk
Op dinsdag 29 november 1836 trok een orkaan een dodelijk spoor van vernieling in België, Nederland en Duitsland. In Antwerpen werden meerdere mensen op de kaden de Schelde inslingerd. Zij verdwenen in de golven. Meerdere schepen in de haven vergingen of werden vernield. Ook het dak van de kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele werd beschadigd (www.dekrantvantoen.nl//vw/article.do?code=LC&date=18361206&id=LC-18361206-2003</div>).
In Nederland trad het Haarlemmermeer buiten zijn oevers en zette het land blank tot aan Sloten (https://nl.wikipedia.org/wiki/1836#Gebeurtenissen).
Ook Deerlijk werd zwaar getroffen. De Gazette van Gend van 4 december 1836 verneemt dat de orkaan in Deerlijk "eene onberekenbare schade" heeft veroorzaakt: "Eene menigte boomen zyn uyt den grond gerukt geweest, verscheyde gebouwen zyn omgeworpen en ik geloof niet dat er een huys zoude te vinden zyn, het welk niet min of meer beschadigd is geweest. Onze kerk eene der grootste van de landlyke gemeenten van ons bisdom, heeft bezonderlyk veel geleden. Zes groote bressen van het dak zyn met kepers, berd en schalien van de nok gescheyden en ter neder geworpen geweest, en hebben door hunnen val een veel grooter gedeelte van het dak vermorzeld en eene opening gemaekt in den platfond, welken alsnu aen den regen blootgesteld zynde, de groote schade der kerk nog merklyk zal vermeerderen".



...
....

1838: ongevallen
Dit is waar uw tekst begint. U kunt hier klikken en beginnen met typen. Ipsum quia dolor sit amet consectetur adipisci.
Veritatis et quasi architecto beatae vitae dicta sunt explicabo nemo enim ipsam voluptatem quia voluptas sit aspernatur aut odit aut fugit sed quia consequuntur magni dolores eos qui ratione voluptatem sequi nesciunt neque porro.






1858: Geen baarden in Deerlijk!
..

1865: pastoor Ivo graf van Ivo Vander Haeghen wordt belaagd
•zondagmorgen 5.2.1865 •na afloop van de hoogmis wandelt pastoor Ivo Vanderhaeghen voorbij herberg Den Hert "retournant chez lui" (Le Bien Public 9.2.1865)
•"Retournant chez lui" = pastoriewoning uit 1755 in Pontstraat ? •Den Hert is niet In den Hert -In den Hert (Pontstraat/Ter Donkt) werd pas in 1868 geopend (Byttebier & Vanoverberghe, 2006), belaging dateert van 1865... -Pastoor komt van de kerk; In den Hert ligt verder weg van de kerk dan de pastoriewoning -Den Hert is een herberg in de Hoogstraat (niet precies te situeren, §1834: uitbater is Jan Declercq §1865: uitbater is vermoedelijk Henri Decraene
F. Byttebier, "De cafés van Deerlijk (dl. VI)", Derlike XXVI, 2 (2003), p. 50

1890: ...
...


1900:




....

1906: Alarminstallatie van Engelbeen
...

JOUW TITEL
...